In Zuidelijk Flevoland is het heel anders gebeurd. Hier hadden ze ook meetstoelen gezet, maar vlak voor dat de boel droogviel, is er ijsgang geweest. En die ijsgang heeft die meetstoelen vernietigd of helemaal uit het lood geslagen. We hebben hier dus geen gebruik kunnen maken van die meetstoelen. Wat Zuidelijk Flevoland betreft, had je Lelystad al. Op gemaal Wortman zat al een punt van de Rijksdriehoeksmeting en op de Knardijk hadden we een paar punten van de Rijksdriehoeksmeting. Langs de kust hadden we punten van de Rijksdriehoeksmeting, bijvoorbeeld Harderwijk, Nunspeet, Doornspijk, Putten en ga zo maar door. Van daaraf zijn er punten gemaakt op de dijk, ook weer Rijksdriehoeksmetingen. Ze hebben die punten ingemeten en de coördinaten ervan bepaald. Wij hebben daar tussenin, over de dijk, tussengrondslagen gemaakt.
In die tijd hadden we wat meer beschikking over moderne apparatuur. We hadden toen de Tellurometer ter beschikking. Een Tellurometer is dus een apparaat waar je radiografisch afstanden mee kunt meten. Je zendt een radiosignaal uit, dat radiosignaal komt terug en dan meet je de tijd en die tijd is dan weer om te rekenen in de afstand.
Bron: Landschapsbeheer Flevoland. Interview met Wim Dekker door John Dirven, 7 januari 2011.