Redactie
Op de punten van een Rijksdriehoeksmeting stond RD. Op de punten die wij ingemeten hebben stond KAD. Wij gebruikten KAD-stenen. KAD-stenen zijn stenen waar dus boven op de kop de naam staat: KAD, stenen die het kadaster gebruikte. Ik heb er hiervoor wel een in de tuin staan. Deze werden in de grond gezet, ongeveer een centimeter of twintig. Onder die stenen werd een tegel gelegd met een rond gaatje er in. Daarin werd de jalon gezet en die werd waterpas gehouden. Dan werd er grond op die tegel gedaan. Hierop kwam de KAD-steen te staan en het werd verder aangevuld met grond zodat de KAD-steen ongeveer gelijk stond met het maaiveld. Deze stenen werden weer ingemeten aan bepaalde objecten, zodat je ze later weer gemakkelijk terug kon vinden.
Wij zelf gebruikten die KAD-stenen ook met toestemming van het kadaster. En wat wij later heel veel deden was geen KAD-steen meer gebruiken, maar plastic buisjes. Wat is nu makkelijker als plastic? Daarvoor gebruikten we gele gasbuizen. Je ziet ze nu nog wel eens liggen. Ze hebben wel een nadeel. Als het materiaal te lang aan licht is blootgesteld, dan verkruimelt het en zijn ze niet meer soepel. Je moest dus altijd zorgen dat ze in het donker werden bewaard. Bij gebruik in de grond was het natuurlijk donker.
Bron: Landschapsbeheer Flevoland. Interview met de heer Wim Dekker door John Dirven, 7 januari 2011.
