Mijn vader is op 17 september 1924 in Kerkenveld geboren. Dat is in de provincie Drenthe. Hij kwam uit een boerengezin. Mijn grootouders – opa en oma – hadden daar een heel klein boerderijtje met een varken en een paar koetjes. Mijn opa werkte ook voor de werkverschaffing. Hij leidde ook begrafenissen. Dat noemden ze daar de aanzegger. Hij liep voor de begrafenisauto, netjes in het gareel. De situatie was zo armoedig, dat het gezin die inkomsten wel nodig had. Mijn opa was ook bosarbeider. En mijn opoe deed een beetje de boerderij erbij.
Mijn vader was gewoon een boerenzoon. Toen hij van school afging, moest hij direct als boerenknecht aan de slag, want mijn vader was de oudste. Hij moest zijn loon ook inleveren bij zijn moeder en vader. Zo ging dat vroeger. Op een gegeven moment wilde mijn vader naar de polder. Hij wilde natuurlijk ook een eigen bestaan opbouwen. Het was toen geloof ik een soort werkverschaffing. Bij de Directie van de Wieringermeer vroegen ze heel veel mensen om in de polder te gaan werken. Hij heeft toen gesolliciteerd in Zwolle, want daar stond het kantoor van de Directie. Hij kon zo aan de slag, gewoon als landarbeider. Dat deden ze allemaal, uit Brabant, uit Limburg, uit Overijssel ook heel veel, uit Friesland, uit Groningen.