Dat is voor mij een dilemma, absoluut een dilemma! Dat had ik al vanaf het moment dat ik hier kwam:
“Ik wil hier niet te lang blijven. Straks als ik hier te lang blijf en kinderen krijg, dan wil ik misschien niet meer terug, terwijl ik ooit wel weer terug wil.”
Ik heb toen altijd gedacht: “Ik ga terug voordat mijn vader echt oud wordt.” Maar dat is niet gebeurd: mijn vader is in 2004 overleden. Dan sta je weer voor een dilemma: ga ik terug of blijf ik in Nederland? Ik heb het op deze manier opgelost: ik kom er vaker, omdat ik daar opdrachten doe. Dus ik los het voorlopig op deze manier op: ik ben vaker thuis waardoor ik me hier ook thuis kan voelen.
Mijn kinderen hebben die hang niet. Die zijn er twee keer geweest. Die vinden het leuk voor één of twee weken, maar daarna willen ze weer terug naar Nederland. Die hebben die hang niet. Ik heb het ook als ik alleen maar met vakantie ben. Het land is enorm groot, maar dan veel te klein voor mij en dan wil ik weer terug. Je wordt verscheurd tussen dat soort gevoelens: je voelt je er thuis, maar aan de andere kant is het veel te klein, de dingen gaan hier veel te traag, en je wilt terug. En dan ben je hier en dan mis je dat wel. Dat heeft bij mij altijd gespeeld. Ook toen ik naar Nederland kwam om te studeren. Toen was ik blij:
"Ben ik eindelijk weg uit kleine, samengepakte Suriname en die bemoeiende Surinamers, die alles van je willen weten!"
Dat wil ik helemaal niet. Als ik iets doe, dan wist mijn vader dat al, voordat ik het hem verteld had. Dat wou ik dus niet.