Ja, daar mogen ze echt wel heel goed naar kijken, want mijn verhaal is nooit uit de verf gekomen. Mijn droom was: begin in de Thuiszorg nu met jonge vrouwen aan te trekken, als de kinderen naar school gaan. In de wijk woonden en nog wel veel ongeletterde vrouwen. Begin nu deze vrouwen – Turks of Marokkaans – in gezinnen uit te zetten van Turken en Marokkanen die anders nooit om thuiszorg gevraagd zouden hebben, want wat heeft zo’n oude Turkse of Marokkaan eraan als daar zo’n lachende Antilliaanse – en ik bedoel dat niet denigrerend – naast het bed staat, want die man verstaat ze niet eens! Wat is er dan slimmer om de stap voor het thuisfront, voor die vrouw die nog nooit gewerkt heeft, gemakkelijker te maken, dan in de eigen clan te beginnen. Noem het voor mijn part maar zo!
Iedereen kan andijvie kopen en iedereen kan een steunkous aandoen! Dan begin je natuurlijk niet met medische zorg, want dat mocht die Antilliaanse ook niet geven, want dan komt er weer iemand met een verpleegkundige achtergrond. Dus wat is gemakkelijker als je eerst iemand in de eigen context laat werken, dingen laat doen die ze thuis ook al jaren doen. Nou, dan raken die anderen daaraan gewend. Dat gaat van mond tot mond. Die vrouw krijgt een soort werkrelatie met haar werkgever. Die ontmoet ook al die niet-Turkse en niet-Marokkaanse vrouwen. En zo werkt de wereld, dat is [de piramide van] Maslow, die denkt op een gegeven moment: “Hé, ik wil ook wel zo’n cursus! Ik wil ook wel eens in een Nederlands gezin werken!” Die worden nieuwsgierig. Ze krijgen zelfvertrouwen, want ze hebben laten zien aan zichzelf: “Dit kan ik dus!” En dan wil de mens een treetje hoger, maar ze moeten wel de eerste stap kunnen maken. Nou, daar heb ik nooit een oor voor gehad. Dat vind ik nou zo dom!