Grootmoeder als voorbeeld

Ik ben altijd bezig geweest met me inzetten voor de Surinaamse vrouw. Dat heb ik van mijn grootmoeder meegekregen. … Mijn grootmoeder was een hele sterke vrouw. Mijn grootmoeder heeft in haar eentje twaalf kinderen opgevoed. Mijn grootmoeder pikte helemaal niets van mannen. Als een man geen geld binnenbracht, dan kon hij weggaan. Zij heeft van drie of vier verschillende mannen kinderen gehad. Mijn grootmoeder was heel sterk. Zij heeft echt de kinderen aan het lijntje gehouden. Zij runde gewoon de boel! Ik had heel veel bewondering voor die vrouw. Zij had zelf een stuk land gekocht waar zij ging planten, en alles wat uit de grond kwam, weer verkocht. Zij zorgde altijd dat er geld en eten was. Ja, een hele sterke vrouw. Ik heb heel veel bewondering voor haar. Mijn vader vond het niet altijd goed dat ik bij haar was, want dan zou ik minder tijd aan mijn school besteden en veel meer aan “dat gedoe”, zo noemde hij dat, van mijn grootmoeder. Dat wou hij niet.