Mijn vader zat met een paar vrienden in Lelystad-Haven toen ze hier naar toe kwamen. In Leiden had hij een eigen studio, want hij was alleen. Hij had daar een studio van zijn bedrijf gekregen. Toen het bedrijf ging verhuizen, moest hij mee, want hij werkte voor Unilever. Zodoende kwam hij in Lelystad. Toen kwamen ze in Lelystad-Haven, omdat ze hier nog geen huis hadden. Toen ging hij een aanvraag doen voor een huis. Eerst kijken of wij mee mochten of niet. Als mijn oma meeging, gingen wij mee. Ging zij niet, dan gingen wij echt niet. Zij mocht eigenlijk niet.
Maar toen had hij een brief geschreven naar Juliana. We noemden haar “de vriendin van oma” en zij heeft ermee ingestemd dat ze hier mocht komen! Ja, zij had verder niemand, alleen mijn vader eigenlijk en wij. Zodoende is zij meegekomen…. Ja, echt. Ik vind het jammer dat wij die brief niet meer hebben. Het was echt een hele mooie brief. Toen hebben wij gelijk gezegd:
“Wij gaan mee! Of ze gaat voor ons!”
Dat ze ons niet gaan voorliegen, ja, zij gaat mee, zitten wij in het vliegtuig en dan moet zij terug! Nee, zij gaat eerst naar het vliegtuig! Wij waren echt gek op elkaar. Zij was gewoon de moeder! Ik heb altijd twee moeders gehad. Ik moet eerlijk zeggen: wij moesten de dood van haar echt verwerken. Zij is in 1992 overleden.