Eigenlijk is mijn komst naar Lelystad heel vreemd. Ik was getrouwd en mijn eerste kind was ziek. Door dat ben ik naar Lelystad gekomen, want het was in Apeldoorn heel moeilijk om een huis te krijgen. Ik heb daar mijn baan opgezegd, want ze wilden mij geen huis geven. Ik wilde mijn dochter hier brengen om te kijken of zij beter wordt. Maar er gebeurde niets. Zij is ziek gebleven. Zij heeft acht operaties gehad, maar niks. Haar linkervoet is verlamd. Toen zij een baby was, is zij gevallen. In het dorp was geen dokter, niets.
Er was hier [in Lelystad] een Marokkaan ook van mijn dorp. Hij heeft hier ook een huis gekregen. Hij zei:
“Als je hier naar Lelystad komt, kun je hier gemakkelijk een huis krijgen.”
Nou, ik heb hem bezocht op een maandag. Ik had een snipperdag genomen. Ik ben hier gekomen en heb meteen een baantje gekregen bij Hols Primo, [een fabrikant van] dierenvoeding. Na drie maanden heb ik een huisje [aan de Fjord] gekregen en heb ik mijn kinderen laten overbrengen. Ja, die waren nog in Marokko. Ik ben getrouwd in 1971. In 1971 is mijn eerste kind geboren. In 1974 ben ik naar Lelystad gekomen.