Hoe mijn grootvader was weet ik niet precies. Ik was namelijk twee of drie jaar toen hij stierf. Dus wat voor man hij is geweest weet ik alleen van wat ik over hem heb gehoord. Naar wat ik heb gehoord was hij een gezellige, hartelijke man. Ook als grootvader was hij erg aardig. Hij gaf leuke cadeautjes aan zijn kleinkinderen.
Ik weet dat hij lange tijd werkeloos is geweest en dat hij toen een tijd bij zijn ouders heeft gewoond. Zijn vader heette Jan Lely en heeft er ook op aangedrongen dat hij civiele techniek ging studeren en hij heeft hem ook erg gestimuleerd om de plannen voor het Zuiderzeeproject uit te werken.
Hij heeft na de lagere school de H.B.S. gedaan en toen hij dit had afgerond, ging hij in Delft studeren. Hij heeft vier jaar over zijn studie gedaan, maar na zijn studie is hij nog in Delft gebleven om nog andere vakken te studeren zonder er verder examen in te doen. Hij deed dit gewoon uit belangstelling. Ik denk dat hij op aanraden van zijn vader dit is gaan studeren. Zijn vader was handelaar in granen, maar was buitengewoon geïnteresseerd in techniek en zal daarom zijn zoon hebben aangespoord om dit te gaan studeren.
[T]oen het plan er eenmaal was [heeft Lely] zeer veel gehad aan het feit dat hij naast technisch zeer bekwaam, ook politiek zeer bekwaam was. Dit is een combinatie die niet vaak samengaat. Hij heeft dan ook zijn politieke bezigheden goed gebruikt om zijn technische bezigheden gedaan te krijgen.