[Ik ben geboren] in Casablanca. [Ik kom uit een groot gezin], negen kinderen en een vader en een moeder (vier zussen en vijf broers). Mijn vader is geboren en getogen in Casablanca…. In de oude medina. Daar is mijn moeder ook geboren… Ik zeg altijd:
“Ik kom uit de Jordaan van Casablanca!”
Omdat mijn ouders puur Casablancezen zijn. De opa van mijn opa is in Casablanca geboren. Toen bestond Casablanca alleen maar uit tenten, zeggen ze. Er waren geen huizen, alleen maar weilanden. We praten wel over de achttiende eeuw of zo. Maar er was wel een haven.
Mijn opa, die ik nog gekend heb, heeft als douanier gewerkt in de haven van Casablanca. Hij was ook van de eerste transiteurs [=iemand die in de transithandel zit]. Ik heb gelezen dat hij in 1915 de eerste was, omdat hij heel goed Frans en Arabisch sprak en schreef. Hij heeft wel gestudeerd. Daarom is hij daar gekomen. Hij heeft dat tot 1927 gedaan. Hij wou toch zijn vrijheid hebben en is op een boerderijtje gaan wonen. Hij was gek op bloemen. Hij kwam er altijd in het weekeinde. Het was ook niet van hem, maar van zijn vader. Toen zijn vader overleed, heeft hij dat overgenomen. Maar hij is echt in Casablanca geboren. Mijn opa is rond 1890 in Casablanca geboren. Ik heb nog een papiertje gevonden van de opa van mijn vader, en die is ook geboren in Casablanca, een bewijs van goed gedrag. Kun je nagaan in welke tijd ze die dingen al hadden. Ze konden alleen met de duim tekenen.