Dus ik ben in ‘87 weer terug gekomen naar Flevoland en toen was het dorp waar ik aan gewerkt had [Zeewolde] er dus. Ik had vóór die tijd in Lelystad gewoond en vrienden en kennissen daar zeiden:
“Je komt toch wel terug naar Lelystad?”
Ja, dat was wel even kiezen, want wij waren Lelystad ontgroeid. Lelystad was natuurlijk een stuk Amsterdamser geworden in die tijd. Zierikzee, waar we gewoond hadden, was maar heel klein en beschermend voor de kinderen. Toen was het eigenlijk kiezen tussen Dronten, dat al wat volgroeid was, of Zeewolde. En in die tijd was natuurlijk ook al duidelijk dat de Rijksdienst eindig was.
Toen hebben wij heel nadrukkelijk voor Zeewolde gekozen omdat je daar veel meer gevoel bij hebt, omdat je daaraan gewerkt hebt en omdat het centraal in Nederland ligt. Dus we hebben toen ook gezegd: “Ja, we moeten nu met de kinderen voorlopig even niet verhuizen,” want we waren toen twee keer verhuisd en dat vonden de kinderen wel genoeg. Vanuit Zeewolde kun je ook nog naar Arnhem toe en je kunt naar Apeldoorn, je kun naar Zwolle toe en je kunt naar Utrecht toe zonder dat je hoeft te verhuizen. Dus we hebben er ook wel heel nadrukkelijk rekening mee gehouden.