Toen ik kwam was een groot deel van het Horsterwold al ingeplant. Zeker die zone tussen de Spiekweg en de dijk, die was er al helemaal toen ik kwam. Die is al in de periode vanaf ’72 geplant. Dus het was hier niet kaal of zo. Waar het dorp moest komen was het vrijgehouden. Er was nog tijdelijke landbouw en die werd beheerd door het Grootlandbouwbedrijf. Maar daarnaast was er al een stuk bos.
Zeewolde heeft natuurlijk alle potenties meegekregen. Het bos, het water en de landbouw, dat zijn eigenlijk de drie pijlers van Zeewolde. Ik denk dat dat voor het dorp en voor de aantrekkelijkheid, zowel recreatief als voor het wonen, een hele goeie keus geweest is. Ik weet nog dat we met die Projectgroep Zeewolde, voorafgaande aan dat structuurplan, her en der in Nederland zijn wezen kijken. Hoe liggen kernen nu tegen de dijk aan en hoe kan je nu dat water aan de stad en het dorp verbinden? We zijn in Zeeland geweest, bij Zierikzee, en in Zuid-Holland bij Ooltgensplaat. Op die manier ontstaat een groepsproces Je krijgt er als groep een beeld van: hoe zit het nou? Want ja, je moest het je wel voorstellen: je kijkt vanuit zo’n zandvlakte tegen zo’n dijk aan en wat moet er dan komen?