In een aanzienlijk deel van deze gebieden zijn er polders. In het merendeel van deze polders is sprake van bodemdaling door inklinking en oxidatie van de bovengrond, of onttrekking van grondwater in de diepere lagen. In extreme gevallen - inpoldering van veengronden in de humide tropen, grondwaterwinning uit diepere lagen in stedelijke en industriële gebieden, of inpoldering van zachte kleilagen - kan sprake zijn van bodemdaling van 10 tot 15 centimeter per jaar, of zelfs meer dan twintig centimeter per jaar. In dergelijke gevallen is deze bodemdaling dus aanzienlijk groter dan de zeespiegelstijging, die momenteel gemiddeld ongeveer 0,3 centimeter per jaar bedraagt en in sombere voorspellingen gedurende deze eeuw kan oplopen tot één centimeter per jaar.
Een overzicht van de gegevens die ik aan verschillende wetenschappelijke artikelen heb ontleend is weergegeven in onderstaande Tabel.
Plaats of gebied |
Bodemdaling in centimeters per jaar |
Tokyo, Japan Semarang en Surabaya, Indonesië Zuidwesten van Taiwan Jakarta, Indonesië Bangkok, Thailand en Holme Fen, Engeland San Francisco Baai-gebied, Verenigde Staten en Bolivar kustpolders, Venezuela Houston-Galveston, Verenigde Staten en Ho Chi Minh Stad, Vietnam Manila, Filippijnen en New Orleans, Verenigde Staten; Shanghai, China en Ganges Brahmaputradelta, Bangladesh Mekongdelta, Vietnam en Venetië, Italië Mississippidelta, Verenigde Staten |
1 - 24 6 – 20 3 - 17 0,5 - 17 4 - 12 0,2 - 10
4 – 5
2 – 4
1 – 4 0 – 3,5 |
Met betrekking tot de gegevens in de tabel moet wel worden bedacht dat verschillende publicaties verschillende gegevens presenteren. Dit kan uiteenlopende oorzaken hebben. De publicaties beschrijven soms verschillende perioden of verschillende delen van de betreffende steden of gebieden, of er worden verschillende methoden toegepast om de bodemdaling te bepalen.
In de polders kan dus vooral bodemdaling en tot op zekere hoogte de zeespiegelstijging grote gevolgen hebben voor de afwatering en de bescherming tegen overstromingen. Het kan betekenen dat waterafvoer door uitwateringsluizen op termijn zal moeten worden vervangen door waterafvoer door gemalen, zoals nu bij ons voor het overgrote deel van de polders het geval is. Er zijn met betrekking tot de afvoer van overtollig water in polders in principe drie situaties met betrekking tot binnen- en buitenwaterstanden te onderscheiden:
- de buitenwaterstand is altijd lager dan de binnenwaterstand, waardoor afvoer van overtollig water door een open verbinding, of uitwateringsluizen normaal gesproken mogelijk is;
- de buitenwaterstand is altijd hoger dan de waterstand in de polder. In dit geval dient het water altijd door middel van een of meerdere gemalen uit de polder te worden uitgemalen;
- buitenwaterstand varieert tussen de twee hierboven beschreven situaties, waarbij uitwateringsluizen nodig zijn, of een combinatie van uitwateringsluizen met een gemaal. In feite is dit een overgangssituatie, terwijl op termijn in dit soort gevallen alleen bemaling mogelijk is.
Er is door verschillende deskundigen en in de wetenschappelijke pers al vele malen gewezen op de vergaande consequenties van de bodemdaling voor de polders in de overstroombare gebieden. Ik heb daaraan ook mijn bijdrage geleverd. In 2012 heb ik de enige ingezonden brief in mijn leven aan de Volkskrant gestuurd. Deze is toen op 12 december 2012 als opinie in de krant geplaatst onder de kop "Klimaatverandering is het probleem helemaal niet". De kop was door de krant gemaakt, maar ik was het er wel mee eens. We zijn nu bijna tien jaar verder, maar in de publiciteit en zeker ook in de politieke besluitvorming speelt de bodemdaling in veruit de meeste landen helaas nog steeds een ondergeschikte rol. De tijd zal leren wat hiervan op termijn de gevolgen zullen zijn.