De Saemangeum kust inpoldering

Nederlandse waterbouwkundige kennis in Zuid-Korea

In 1985 bezocht ik voor de eerste keer Zuid-Korea als lid van een team om inpolderingsplannen te beoordelen en te kwalificeren op hun kwaliteit en rendement. Communicatie ging toen nog vooral per telex en gemeld was dat het om veertien plannen ging. Bij aankomst in de hoofdstad Seoul bleek er een nul weggevallen te zijn in de telex en ging het om 140 plannen met een totale oppervlakte van 300.000 hectare.

De zeedijk met uitwateringsluizen van het Saemangeum-project.

De zeedijk met uitwateringsluizen van het Saemangeum-project.

Alle rechten voorbehouden

Het heeft heel wat hoofdbrekens gekost om in de drie weken die we hadden enige lijn in de zaak te krijgen, maar uiteindelijk is het toch gelukt. Daarnaast maakten we globale plannen voor vier grotere inpolderingen en een meer uitgewerkt plan voor het Shiwa-gebied (twaalf kilometer zeedijk in zeven meter getij en 20.000 hectare landaanwinning), dicht bij Seoul.

De inpolderingen in Zuid-Korea liggen langs de west- en zuidkust waar veel eilanden en baaien zijn. Er is een aanslibbing van zo’n twee tot drie centimeter per jaar waardoor zeer vruchtbare grond beschikbaar komt. Een probleem is dat van zuid naar noord het getij oploopt tot zo’n zeven meter, zodat grote zeedijken met spuisluizen nodig zijn om een baai af te sluiten, voordat met inpolderen kan worden begonnen. Voor de inpoldering maakt men dan meestal nog binnendijken en een binnenmeer. Dat binnenmeer wordt benut voor het leveren van irrigatiewater en de opvang van overtollig water, alvorens dit bij laagwater door de spuisluizen naar zee te lozen.

In Zuid-Korea is een grote behoefte aan land, omdat het land zeer dicht bevolkt is en door de vele bergen het bewoonbare oppervlakte slechts gering is. De bevolkingsdichtheid is daardoor met zo’n 2500 personen per vierkante kilometer – ongeveer vijf keer zoveel als in ons land - een van de grootste ter wereld. Hierdoor zijn er zeer hoge grondprijzen, waardoor landaanwinning uit economisch oogpunt aantrekkelijk is.

Er bestaat een grote waardering voor de Nederlandse kennis en kunde op het gebied van waterbouwkunde en landaanwinning en er zijn vele contacten, zowel tussen de overheden als het bedrijfsleven. Omstreeks 2000 zijn deze contacten wat de Bouwdienst van Rijkswaterstaat betreft zeer geïntensiveerd en dat had een bijzondere oorzaak. Het grootste landaanwinningsproject dat toen in uitvoering was, het Saemangeum-project, lag al twee jaar stil. Dit project betrof de aanleg van een zeedijk van 33,9 kilometer in zes meter getij en 30.000 hectare landaanwinning. De zeedijk was al voor twee-derde klaar. Het stilleggen van het project was het gevolg van de  grote oppositie die met name vanwege milieubezwaren tegen het project bestond.

Deze oppositie werd mede gevoed doordat de waterkwaliteit in het Shiwa-gebied, waarvan de zeedijk toen een aantal jaren gereed was, nogal te wensen overliet. Op het binnenmeer van Shiwa lozen twee riviertjes, die eerst van enkele industrieterreinen rond Seoul niet, of slecht gezuiverd afvalwater ontvangen. In feite is dit niet een inpolderingsprobleem, maar een waterkwaliteitsprobleem dat duidelijk werd, toen de zeedijk klaar was. Voordien mengde het water zich door het grote getijverschil, snel met het zeewater.

Wij zijn toen door de Koreanen benaderd om met name uit te leggen hoe in Nederland de besluitvorming rond dergelijke projecten plaatsvindt. Hetzelfde hadden ze ook in Japan gedaan waarbij men met overeenkomstige problemen te maken had en eigenlijk nog steeds heeft. Een andere reden was dat in Korea het beeld bestond dat we in Nederland vele polders weer onder water aan het zetten waren en daarvoor onder andere de Afsluitdijk weer hadden doorgestoken. Hiervan begrepen wij aanvankelijk niets, maar uiteindelijk bleek dit op een vertaalfout te berusten en ging het om een zomerkade langs de Waal voor het natuurgebied ‘De Blauwe Kamer’. Twee delegaties zijn door ons rondgeleid naar relevante locaties en uitvoerige discussies en presentaties zijn verzorgd. Met een van de delegaties ben ik de hele Afsluitdijk over gereden, omdat ze er zeker van wilden zijn dat er toch niet ergens een gat in was gemaakt.

In 2003 werd ik uitgenodigd om namens de Koreaanse Overheidsdienst die verantwoordelijk was voor het project als expert te getuigen tijdens een rechtszaak over het mogelijk toch weer afronden van de bouw van de zeedijk. De dagen voorafgaand aan de rechtszaak werd ik uitvoerig geïnstrueerd wat er wel en niet aan de orde was, en hoe ik mijn presentatie zo duidelijk mogelijk kon brengen. Eigenlijk wel interessant. Ik doe mijn presentatie via een tolk in de rechtbank. Daarna wordt ik ondervraagd door de rechter en de advocaat van de tegenpartij. Op een gegeven moment kwam onze tolk er niet meer uit. Gelukkig schoot de tolk van de tegenpartij – die het kennelijk beter snapte – te hulp en nam het vertaalwerk over. Ik heb hem na afloop hartelijk bedankt.

Enkele maanden later heeft de Koreaanse regering besloten om het Saemangeum-project verder ten uitvoer te brengen, wat inmiddels overwegend zijn beslag heeft gekregen. Daarmee is onze Afsluitdijk niet meer de langste zeedijk ter wereld, want de Saemangeum-dijk is bijna twee kilometers langer.

For the English version of this article click The Saemangeum Coastal Reclamation

Alle rechten voorbehouden

Media