Van 1911 tot 1913 bestelden tien Volendammers een ijzeren schip bij de Werf Vooruit in Enkhuizen. De bouwtijd van zo’n ijzeren schip betrof ongeveer 2,5 tot drie maanden. Maar omdat de Volendammer vissers niet erg goed konden wennen aan het ijzer werden ze praktisch allemaal na korte tijd weer naar elders verkocht. Eén reden was dat de vissers de schepen niet vonden ogen, ze keken liever naar hout. Toch waren het fantastische zeeschepen die heel veel wind konden hebben, soms zo veel dat het zeil bijna van de mast afwaaide. En wat erg prettig werd gevonden: als je omlaag zat dan deed je het deurtje dicht en dan was het net alsof je in een hotel zat. Dat had je niet met die oude houten botters, dan moest je pompen of verzuipen!