We gingen eerst van huis aan de Meerwiederbuurt en dan ging je bij Hasselt door de Mastenbroekerpolder en IJsselmuiden naar Kampen. Die meneer Van den Berg woonde aan de Buitensingel in Kampen, daar moesten we ons melden en die zei:
"Nou lui, jullie moeten naar Vollenhove. Daar zit een uitvoerder van de Heidemij in Hotel Seijdel en die kan je inschrijven."
Toen moesten weer door de Mastenbroekerpolder, IJsselmuiden, Kampen en toen helemaal de dijk langs naar Genemuiden, daar over de pont. "Schop en laarzen meenemen!" Nou, die heeft ons ingeschreven en dezelfde dag kwam de Zeeuwse ploeg ook aan in Vollenhove. Die hadden allemaal stamnummers gekregen, net voor de onze. Ik had 228, maar zij hadden 218, 216, enzovoort. Die waren net voor ons.