Het waren woninkjes van bij elkaar ongeveer 40m². Het was allemaal piepklein. [Onze woning had] een keuken met zo’n granieten aanrecht met een zwart-wit betegelde gootsteen. Er was geen geiser. Er was geen warm water. Er was een prachtige kast met een schouw waaronder wij het gasfornuis hadden. We hadden net een gasaansluiting. Binnen had je een schoorsteen voor de kolenkachel. Wij hebben gasleidingen laten aanleggen om een gashaard aan te kunnen sluiten. Geen douchecel, houten vloeren, de muren waren van samengeperst stro met een laagje karton erover, en daarachter hoorde je de muizen rennen. Op een gegeven moment had ik een wasmachine – die hadden mijn buren ook niet – en als dat ding ging centrifugeren, nou, dan kwamen al die buren aankloppen, want die houten vloeren resoneerden verschrikkelijk.
En we kregen beneden vreselijke overloop van de WC’s, want daar was de hele riolering niet op berekend. Ze trokken het trapluik open, dat net achter de voordeur zat en waar je met drie gezinnen overheen liep, en haalden de deksel van het putje af en daar liep gewoon de hele riolering over. Hierdoor hadden we weer enorme ratten, groter dan een kat. We hadden zelf een kat. Toen ik op de trap met een boodschappentas liep, dacht ik dat het mijn kat was die voor mij liep. Het waren zeer smalle trappetjes. Bij elke trede gaf ik hem een zetje en zei:
“Misue, schiet nou op, ik heb hier een hele tas met flessen.”
Met mijn zwangere buik liep ik van die trap af en in de rondte van die trap zag ik een grote rat! En daar woonde je dan met je kindje! De huizen zijn niet allemaal gesloopt, maar de buurt is heel goed aangepakt en gerenoveerd. Ik ben ook nog in onze oude woning geweest. Ze hadden alles omgegooid. Wij hadden een douche aan laten brengen en een keurig toilet. Dat hadden ze weer op een andere plek. Het was allemaal standaard geworden.