De eenheid in die polder, dat was zo mooi. Dat heeft in de onderduikerstijd veel mensen ook psychisch erg bijgestaan, want een hele hoop kwam uit het Westen vandaan. Dat waren ontwikkelde mensen. Ik heb ermee op de kamer gelegen. En dan lig je daar. Die mensen zitten ’s avonds dan te praten, soms zaten ze te huilen en dachten aan de vrouw en kinderen thuis. En op de vlucht, hè, alle dagen onder die druk. In die vijf jaar heb ik met ach en wee, maar ook met veel plezier in de polder gezeten. Dat is voor mij een mooie belevenis geweest. Dat zit altijd nog in mijn hoofd, ik kan het niet kwijt. Ik zie die mensen nog voor mij. Er stonden jongelui die op de vlucht waren in het waslokaal het hoogste lied te zingen! En toch hadden die zorg in het hoofd: vandaag kan er wat gebeuren! En het is ook gebeurd, met die razzia.
De Noordoostpolder tijdens de oorlog: plezier, maar ook voortdurende spanning
1 geïnteresseerde
Hoewel de Noordoostpolder een waar toevluchtsoord was geworden, was het wonen en werken in de polder niet zonder gevaar en spanning. Lucas Huizinga vertelt:
Bron: Batavialand te Lelystad, interview met de heer Lucas Huizinga, 15 augustus 2008.