Kijk, uit die greppels die waren gegraven, kwam grond. Op de meeste plekken waren die greppels om de tien meter. De greppels zelf waren maar een meter breed, of een meter vijftien meen ik. Maar die grond werd zogenaamd over de kavels uitgespreid. Dus van beide kanten kwam er een laagje grond op die uit die greppels kwam. Nou, en dat werd zo ingezaaid toentertijd. Dus men is begonnen met zaaien van een klein beetje suikerbieten. Ik kan me nog herinneren dat er, bij Blokzijl was dat, op de weg van Blokzijl naar Steenwijk, bij het begin van die kavels en verderop ook, rogge gezaaid werd op die lichtere gronden, in het najaar van 1941. Dus dat was nog heel summier hoor, daar waren nog maar enkele kavels. Maar dat was het begin van de ontwikkeling van de landbouw zogenaamd.
Bron: Landschapsbeheer Flevoland, interview met de heer Piet de Zeeuw door Hillie de Jong, 9 februari 2011.