Je bent jong en dan denk je, een bedrijf krijgen, verdienen hè. Je hebt er zo veel jaren voor gedaan. Later, als je ouder wordt, dan zie je die omgeving wel, maar toen niet. Maar dat mag ook hè, ieder heeft zijn tijd. Ik geniet nou veel meer als ik op mijn fietsje door de polder rijd. Dan vind ik het zo mooi, veel mooier dan vroeger. Nou heb je tijd om te kijken, vroeger was het: als het maar opbrengt. Niet dat ik andere dingen zag.
Dan kom ik nog maar even op die test. Ik ben dus vrij veel bij Oomen geweest. Nou ik kon het toen wel dromen, ik heb het schrift hier nog liggen. Zo veel van dit en van dat. Dan kom je bij die lui, nou ja, dan denk ik, nou, niet een beetje groot? Maar kom maar op, je mag daar ook naar toe. En dan gaat het over gewassen. Nou die kon je wel dromen.