Er waren zeker toekomstperspectieven, zowel voor AH als voor mij. Ik had echter geen idee hoe dat zou gaan in de beginperiode. Ik heb toen met de opening een toespraakje gehouden, waarin ik iedereen bedankte en aangaf wat een mens dan kan overkomen: carrière maken, dus bedrijfsleider in een nieuwe functie, in een nieuwe zaak, op dat moment (ook een hele nieuwe stap) ook getrouwd zijnde, op dat moment een nieuwe woning hebbende en heel ver van huis. Er waren dus elementen, waarvan mijn vrouw en ik niet wisten waar dat zou eindigen. Je leefde op dat moment eigenlijk in een roes. In een tijd van 14 dagen moest iets beslist en ontwikkeld worden. Het was ver weg, want bij Harderwijk gingen we pas de polder in en dat was zo'n Gods end! terwijl ik de lichtjes van Lelystad Haven al zag branden, Het kwam maar niet dichterbij. Links had je Zuidelijk Flevoland, dat was water. Je moest echt de Knardijk over, via Lelystad Haven.
Van Lelystad had ik alleen wat over de ontwikkeling gehoord. Ik wist dat het een werkeiland was en dat men de polder ging dichten (Zuidelijk Flevoland). Het was een heel eind van huis af, dat gevoel had ik wel. En het was spannend, vooral die 14 dagen waarin je ook nog alles moest doen: voorbereiding winkel, voorbereiding huwelijk, huis inrichten en je nestelen. Wij moesten van Albert Heijn getrouwd zijn, van het bedrijf, om bedrijfsleider te kunnen worden. Dat was inherent aan de functie.
We waren echt de eersten van heel Lelystad. Alleen Schinkel woonde in de Meerkoet. Maar het leuke was dat er iedere dag wel een verhuiswagen stond. Heel vlug daarna kwam ook de Marderhoek, tegenover ons.