De mensen leken allemaal op elkaar, allemaal geselecteerd, jong en overwegend gezond, maar de sociale problemen waren groot. Dit was in het ‘experiment’ [uitvoering plan Wassink-Tuntler] niet voorzien. De mensen moesten zich hier aanpassen, wat voor sommigen moeilijk was. Bijvoorbeeld iemand die elders leidinggevend was, kwam hier niet zomaar in eenzelfde functie. Iedereen moest zich aanpassen en zijn beurt afwachten. Er was een strakke bestuursvorm, wat niet altijd verkeerd was en positief gewerkt heeft. Wij moesten het plan van het experiment uitvoeren en zien wat hier mogelijk was: ‘op papier stond het toch zo goed’.
De wijkverpleegsters deden werkelijk alles, ook maatschappelijk werk, en regelden mee in de gezinszorg. Mevrouw Palland, de eerste wijkverpleegster, liet iedereen versteld staan van het vele door haar gedane werk, tot de gezinszorg en het maatschappelijk werk goed geregeld waren in eigen verband.