De nieuwe bewoners kwamen in een typische ontginningsomgeving terecht: geen groen, geen bomen, veel wind, een grote hemel en een wijds uitzicht. Jarenlang was de vierkante toren van Elburg van hieraf te zien, totdat de opgaande begroeiing van het Reve-Abbertbos dit belemmerde. De omgeving veranderde overigens zeer snel van karakter; de zandige bodem werd al gauw met bosplantsoen ingeplant. Hierbij werd zelfs van het buitenland steun ontvangen: de Ontario Horticultural Organisation bood een aantal boompjes aan die op 1 mei 1958 werden ingeplant.
Roggebotsluis in de ruimte
E. en J.H. van Kampen uit Lelystad vertellen:
Bron: J.G. in ’t Veld-Janse, Manuscript van Koffers vol dromen. Verhalen uit Drontens verleden 1957-1982 (Dronten z.j.) 14.