De Nederlanders waren een totaal ander volk, vergeleken met onze landgenoten. De zon speelde ook een heel belangrijke rol, maar ik dacht toen: “Ze zijn gewoon gek!” Weet je, ik ben gewoon in de zon opgegroeid. Ik wist toen niet hoe waardevol de zon was. Vanaf nu wel! Door de zon kun je gezond blijven, krijg je ook meer vitamine D, maar hier in Nederland heb je weinig zon. Vandaar dat velen naar warme landen op vakantie gaan. In het begin begreep ik dat niet: waarom gaan ze naar warme landen? Zijn ze nieuwsgierig? Willen ze bruin worden? Langzamerhand begon bij mij het lichtje te branden, ja, de zon is heel erg belangrijk voor Nederlanders en warme landen zijn belangrijk voor Nederlanders omdat ze het vaak koud hebben. Want toen ik in de jaren tachtig kwam, was het heel erg koud. Ik had geen dikke jas bij me. Ik bibberde van de kou! Meteen ging ik gewoon een dikke jas kopen, want in mijn land droeg ik geen jas. Het was daar altijd lente! En ook in de winter was het altijd lauw. Ik had dus totaal geen last van de kou, alleen in de nachten – dat is normaal – dan hoor je met een deken te slapen. Dat was een hele grote stap in de aanpassing, dus van zon naar kou. En van traditie naar vrijheid.
De emoties waren ook anders. Wij zijn een emotioneel volk. wij geven meer om elkaar. Maar hier was men individueel bezig, gewoon met zijn eigen. Tot mijn verbazing stopt iemand zijn moeder in een verzorgingstehuis. Dat kon ik me niet voorstellen! Want onze rol, onze opvoeding, was totaal anders, want wij moesten voor onze ouders zorgen tot de laatste fase van het leven. Dat moest gewoon, dat hoort gewoon, want je gaat niet zo maar je moeder of je vader in een verzorgingstehuis stoppen! Nee, dat niet! Er waren dus heel veel verschillen, heel veel veranderingen en verschillen.