Er waren ook bijna geen winkels. Dat vond mijn moeder heel erg. In het begin hadden we de SRV-man en bij de bakker moest je van te voren bestellen hoeveel broden je wou. Dat weet ik nog wel, want dan had ze per ongeluk zoutloos brood besteld. We hadden dan tien van die broden in de vriezer liggen en die moesten wel op, weet je wel?!
Ja, je had niet zoveel winkels. [De winkels in De Gordiaan] waren er nog niet. Dat was ook zo. Mijn moeder zou met de buurvrouw op de fiets de dag erna naar supermarkt De Boer gaan en die is toen die nacht nog afgebrand. Toen kon ze nog niet weg, zeg maar. Later is daar waar nu De Kubus staat zo’n groot noodgebouw van De Boer gekomen, tegenover waar nu de Agora is…. We gingen op donderdagavond boodschappen doen, koopavond. Want mijn moeder rijdt geen auto. En dan was mijn vader vrij en gingen we de grote boodschappen doen.