In Kuinre zijn we begonnen met een stuk dijk af te graven, een stuk oude Zuiderzeedijk. Daar moest het werkkamp komen. En als ’s avonds het werk klaar was, dan gingen we de polder in, daar was een heel klein stukje dat droog was. Maar ging je verder dan moest je de broekspijpen opstropen, want dan liep je in het water. En dat water zakte elke dag verder weg. In het begin zag je het niet zakken, maar als je dan een paar dagen later weer kwam dan kon je zien dat je iets verder kon lopen.
Het zakkende water
1 geïnteresseerde
Hendrik Grotentraast werkte al aan de Noordoostpolder toen die nog niet droog was. Iedere dag zag hij het waterpeil zakken.
Bron: Landschapsbeheer Flevoland, interview met Hendrik Grotentraast door Anneke Jansen, 2007.