Ja, ja, ja, we zijn waarschijnlijk bij elkaar geweest hier in de polder, bij elkaar geroepen. En toen we daar waren, hebben de mensen die bij ons aan de weg kwamen de hoofden bij mekaar gestoken. Want ja, het was een stuk kale grond. Er stond een gewas op, zomergerst. Maar daar moest gebouwd worden. En ja, we kregen wel van verschillende kanten adressen van aannemers en architecten. Toen zeiden we met elkaar, als we nou eens één architect nemen, dan ben je goedkoper uit. En toen hebben we afgesproken met vijf mensen, dat we met elkaar zouden bouwen. Maar toen vielen er eigenlijk twee af, Godfriens en Boelens. Want Boelens had thuis ook iemand die kon wel bouwen.
Maar die anderen, Twisk, Hilhorst en Jansen, en wij zei de gek, hebben toch een architect opgezocht. Met die architect hebben we besprekingen gehad. Zo en zo willen we het graag hebben en wat is er mogelijk om daar wat te stichten en wat kost ons dat. Maar eerst moesten we het terrein ophogen. De Kokkelweg lag wat hoog, maar het terrein waar gebouwd moest worden, moest een beetje bestraat worden voor. Dat hebben we met elkaar gedaan. Er lag een zanddepot aan de andere kant van de Hierdensetocht en daar hebben we een kraan laten komen en die heeft zand op onze kiepers gegooid en zo hebben we het terrein opgehoogd.