De bomen gedijden goed in Flevoland

De omstandigheden in de Flevopolders zijn zo goed dat de bomen er harder groeien dan in de rest van Nederland. Henk Mondria weet dat de rijke kleigrond en de goede waterhuishouding het verschil uitmaken.

eiken

Noordoostpolder: Emmeloord. Eikenzaaiingen, aanleg 1950, op kavel G 111, door muizen aangevreten (foto J.U. Potuy, collectie RIJP).

Alle rechten voorbehouden

Ik ben bijvoorbeeld een keer op vakantie met mijn vrouw en we zitten bij Callantsoog. En we horen een motorzaag en nou ja…, dat is mijn ding, dus dan ga ik gelijk kijken. En toen was er een man eiken aan het zagen. Nou, toen stonden we even te praten. En toen bleek, die eiken waren misschien twintig centimeter in diameter en die bleken al tachtig jaar oud te wezen. Ik zeg tegen die man: "" Nou, dan moet je bij ons in de Flevopolder komen kijken." Ik zeg: "Als we eiken van die leeftijd hebben, dan bennen ze 30, 40 in omvang, of in diameter." Ik zeg: "En d’r bennen wel exemplaren die bennen wel dikker." Nou, zulke mensen schrikken er helemaal van. Die zeggen van: "Wat?" Maar ja, dat is ook logisch, want je plant op een grond, kleigrond, die op een gegeven moment zo rijk is aan alles, aan voedingsstoffen voor die boom, dat die eigenlijk meer krijgt dan op de zandgrond.

Bron: Landschapsbeheer Flevoland, interview met Henk Mondria door Carine Nieuwenhuis op 13 november 2013.

Alle rechten voorbehouden