Ja, de Marokkaanse gemeenschap bestond uit vier gezinnen. Die kenden elkaar en kwamen ook veel bij elkaar. Zo zijn wij hier dus ook opgegroeid. Ze kwamen wekelijks bij één iemand thuis bij elkaar, in de weekeinden. Toen kwamen er meer gezinnen en dan zie je dat het op een gegeven moment te groot wordt om nog als eenheid te opereren. Toen ging het uit elkaar. Ze deden het uiteraard niet bewust, maar het werd steeds meer geografisch bepaald hoe de groepen gingen ontstaan. Zij die uit Rabat en Casablanca kwamen zaten bij elkaar, je had de mensen van boven Rabat (Fez en Meknès), een groep met mensen die echt uit het noorden kwamen (Tanger en Tétouan) en toen kwam een hele groep uit het Rifgebergte. …
Het werd op een gegeven moment zo heftig hier dat de verschillende groepen naar elkaar toe ook vijandig werden. Ik kan me herinneren dat er bijeenkomsten werden georganiseerd, nou, vreselijk. De gemeente werd er ook helemaal gek van. De ene keer kwam die groep en dan kwam weer die groep en ze meenden allemaal dé Marokkanen in Lelystad te vertegenwoordigen. Ik kan me nog één bijeenkomst goed herinneren. … Daar zaten bestuursleden van drie commissies van de Marokkaanse gemeenschap op een podium achter een tafel. Dat was een poging om de boel weer bij elkaar te krijgen, dat men met één mond zou praten richting de gemeente, want dat was eigenlijk de vijand, want je moest voor je rechten opkomen. Op een gegeven moment vlogen ze elkaar in de haren. Mannen op leeftijd! Want het waren allemaal mannen, mannen op leeftijd, waarvoor je respect behoorde op te brengen. Als een stelletje oude wijven vlogen ze elkaar in de haren!