Je had de Wilhelminaschool en je had de Rehobothschool. Het was één gebouw en je had twee scholen. Je had twee hoofdonderwijzers, maar verder zat er geen verschil tussen. Je kon zo door de hele school heenlopen.
De Wilhelminaschool nam op op één april. De andere kant, de Rehobothschool, nam op in september. En dan was het maar nét waar je tussen zat. Dus Trijntje was voor 1 april en ik moest in september op school. Maar… toen waren er zoveel kinderen, toen werden de jongsten weer naar huis gestuurd. En dat was net voor de winter natuurlijk, in september. Ik moest wachten tot april. En toen zei m’n moeder, ik was de jongste: "Nou, dan hou ik et keend van de wienter nog lekker in huis."
De school werd te klein voor de Urker jeugd, want die groeide. Ik ging naar de derde klas en toen moesten we naar een ander onderkomen. Er stond een kantine van Zuiderzeewerken en daar hadden wij toen school in. Zo ging dat. En dan ging je het andere jaar weer terug naar de Wilhelminaschool.