Het boerenerf begon zijn details kwijt te raken. Heel wat mensen hadden niet meer zulke mooie siertuinen als vroeger. Vroeger had je ook een aantal boerderijtypes, maar daarna kreeg je er allerlei soorten schuren en van alles bij. Daarmee verdwenen boomgaarden, moestuinen en varkensweitjes die voor die tijd iedere boer had.
Het landschap als macro-verhaal is maar een klein beetje veranderd. De wegen zijn verbreed. Op het eind van de wegen, waar ze aansloten op grote wegen, lag altijd een perkje toen ik klein was. Soms nog met heggetjes letterlijk er om heen, wel eens met een driehoek er in. Jammer dat ze dat allemaal opgeruimd hebben. De bruggen waren voor die tijd veel smaller. Om die iets breder te maken, hebben ze de zijrichels er uit geslagen en rond gemaakt. Het werd er minder mooi van eigenlijk. Het werd er minder knus van, wat kaler.