Je had bij de Rijksdienst jachtopzieners, die ook ambtenaren van de Rijkspolitie waren. We hadden ontzettend veel wild in de polder en er werd ontzettend gestroopt. Door bouwvakkers die in de polder kwamen. Ik denk dat het in november 1967 was, ze waren de school bezig aan het bouwen. Als je 's morgens van Dronten richting de polder kwam, dan vloog er een fazant in je grilletje. De busjes van die bouwvakkers waren daar speciaal op voorbereid. Op de schaftkeet van de bouw stond "openbare slachtplaats" geschilderd. Daar lag me een afval onder die keet. Fazanten en dergelijke werden gelijk gestroopt en de troep die dan wegging werd onder die keet gegooid en dat was een plaats voor de ratten. Ik kwam daar een keer de opzichter van de gemeente ophalen, die zat daar ergens in een keet achter. Er was telefoon voor hem, hij had nog geen telefoon. Ik liep over een paar steigerpalen zo naar die bouw toe en zag die troep.
De man van de reiniging had tevens de rattenbestrijding. Die ging onder de huizen langs en overal kreeg je van die zakjes met rattenkorrels, die kon je dan onder de huizen gooien. Die kon je gratis halen bij de gemeente.