Ik werkte bij de gemeente Almelo. Als je vooruit wilt gaan in de gemeente, dien je te solliciteren. Toen zag ik een vacature in Dronten en gelijktijdig één in Brabant. Ik had bij allebei een benoeming. Ik heb toch voor de polder gekozen, want op de dag dat ik ging solliciteren was het ontzettend mooi weer. Ik stapte in Kampen in de bus en dan ga je de hele polder door en dan ga je naar Dronten toe en dan kom je daar eigenlijk in een beetje een negorij, want het was allemaal brakkig. Toen was je daar met een stel collega's die allemaal jong waren en dat trok zo ontzettend aan, de sfeer die daar hing. Vergeleken met de vacature die ik een week eerder had gehad in Dongen, nou nee, ik hoef niet in Brabant te zitten, dat is niks voor mij, Ik kies voor Dronten. Daar kwam ik in eind 1966.
Toen kwam al vrij snel de mededeling, dat een van ons naar Lelystad moest. Nou ja, dat leek mij wel wat. Ik dacht:
"Helemaal opnieuw beginnen straks helemaal alleen in Lelystad, dat trekt mij wel."
Dus toen heb ik mij aangemeld bij Van Aalderen. Hij zei:
"Nou, je gaat maar. Je ziet maar wat er straks van komt, er wordt van je verlangd dat je je inzet voor de burgerij daar. Je bent daar het eerste aanspreekpunt voor de gemeente op allerlei terreinen, want we willen daar een hulpsecretarie vestigen. De eerste jaren kan daar geen volledige secretarie draaien. De man die daar zit is het aanspreekpunt van de gemeente en alles wat niet op zijn terrein ligt, speelt hij weer door naar de andere afdelingen: de sociale dienst, financiën, gemeentewerken en noem maar op."
Het was best een leuke tijd. Je kwam gelijk met de eerste mensen daar aanzetten. Ik ben op 9 oktober 1967 begonnen en de sleutel werd uitgereikt op 2 oktober aan Van den Bedem. Dan zie je dus al die mensen komen, je bent er gelijk bij. Ik was daar eigenlijk halve dagen aanwezig. Ze kwamen dan wat lenen of ze hadden een nieuwe vuilnisbak nodig of ze wilden wat bijbouwen aan het huis of een schuurtje zetten. Bouwvergunningen aanvragen en dat soort dingen meer.