P.A. de Vries, geboren in 1922, arriveerde eind 1942 als onderduiker in de Noordoostpolder. Zijn vader had hem geadviseerd naar de polder te gaan nadat hij een oproep voor de Nederlandsche Arbeidsdienst had ontvangen. De jonge De Vries kwam in Kamp Schokland terecht, waar hij moest greppelen. Omdat De Vries vreesde dat de Duitsers op den duur de Noordoostpolder zouden binnenvallen, bleef hij amper een jaar in de polder. Tijdens de rest van de bezetting woonde hij afwisselend thuis of zat hij ondergedoken.
Na de oorlog vestigde De Vries zich in Zoetermeer.